Kerstverhaal - Een verboden kerstgeschenk

Een kerstverhaal dat zich afspeelt in China.

Een verboden kerstgeschenk

‘Nog even de rode slingers ophangen. Dan wordt het nieuwe jaar in elk geval een blij en gelukkig jaar. Ook jagen we de boze geesten nu weg’, zegt juf Lian tegen haar nichtje Shan. ‘Het feest kan beginnen.’ Het is èr yuè (=februari), dat betekent Nieuwjaar in China. Daarom is juf Lian vanuit het dorpje in de bergen naar de stad gegaan. Daar woont haar familie. Met elkaar vieren ze het Lentefeest.
‘Moet ik nog meer doen?’, vraagt Shan. “Even denken. We kunnen ook de spullen klaar leggen op de offertafel.’ Shan neemt de schaal mee naar de kamer en legt het vlees, de koeken en het fruit netjes op het huisaltaar neer. Even later komen de andere familieleden de kamer binnen. Met elkaar staan ze bij het huisaltaar. Iedereen heeft een brandend stokje wierook in de handen. Iedereen bidt. Ze maken een buiging voor het altaar. Het is heel stil. Het is belangrijk om de goden te laten zien dat je aan hen denkt en dat je dankbaar bent.

Het oudste familielid, opa Ho, zet zijn wierookstokje bij het offer. De anderen volgen hem. Opa Ho zegt: ‘Xīnnián hǎo!’ (=gelukkig Nieuwjaar). Nu kan het echte feest beginnen. ‘Shan, help je even’, zegt juf Lian. In de keuken staan allerlei lekkere Chinese gerechten klaar. ‘Lekker tante, ik krijg nu al trek.’ ‘Ja’, lacht juf Lian. ‘Jij mag vandaag net zoveel snoepen als je wilt. Wat kies je het eerst?’ Shan loopt met een schaal met Kok Chai (koekjes) en Chin Toui (een soort Chinese rijstemeelbol) naar binnen.
Juf Lian draagt de Lin Ko (een speciale ronde taart). ‘Oh’, zegt ze opeens verschrikt en loopt terug naar de keuken. Shan komt terug om de andere gerechten te halen. ‘Wat is er, tante? U kijkt zo bang.’ ‘Ik ben iets vergeten. Ik heb de taart niet gesneden.’ Shan lacht: ‘Dan pakt u toch even een mes en snijdt u de taart in stukken.’ Maar juf Lian lacht niet. ‘Het zal moeten, maar messen en scharen moet je met Nieuwjaar goed opbergen. Anders kunnen ze de voorspoed en het geluk in stukken snijden.’ Nu schrikt Shan ook. ‘Nee toch?’ ‘Ja echt. Daarom snijden we alle taart en koek voor het feest. Zeg maar niets tegen de anderen.’

Ze hebben een heerlijke dag met elkaar. Shan mag snoepen zoveel ze wil. Omdat het vandaag Nieuwjaar is, krijgt ze ook geen standjes en geen straf. Anders worden de goden boos. Aan het eind van de dag vraagt haar tante: ‘Help je even mee om alles naar de keuken te brengen? Dan wassen we alles af.’ Even let juf Lian niet op. Ze moet nog denken aan het mes. Brr., als er nu maar geen erge dingen gebeuren in de familie dit jaar. Ze let even niet op en… kletss… krakkk… Een bord valt uit haar handen op de grond. ‘Nee’, roept ze, ‘niet nog meer.’ Shan pakt snel een veger en een blik en wil de stukjes van de vloer vegen. Juf Lian pakt haar bij haar arm en zegt: ’Stoppen, je veegt al het geluk weg als je op Nieuwjaar de vloer veegt. Het kapotte bord betekent al dat het geluk voor dit jaar kapot is. Jij zou het nog erger maken.’ Shan kijkt haar tante bang aan. ‘Is het echt waar?’ Juf Lian knikt.
‘Hè, hè, wat ben ik moe’, zucht juf Lian. ‘Gaan jullie maar even buiten spelen’, zegt ze tegen de kinderen in haar klas. Ze voelt zich helemaal niet lekker. Wat heeft ze toch de laatste dagen? Vermoeid gaat ze op een stoel zitten. Even uitrusten.
Na een kwartiertje roept ze de kinderen weer naar binnen. ‘Wat is er, juf? Waarom moesten we gaan spelen?’ vraagt Jia Li. Ze kijkt de juf aan. Anders is ze altijd vrolijk, maar de laatste dagen… ‘We gaan schrijven, Jia Li. Ga je hard werken?’ Jia Li ziet weer een glimlach op het gezicht van de juf. Gelukkig.

Even later zitten ze ingespannen te schrijven. Pfff… moeilijk hoor, om de woorden goed over te schrijven. Juf Lian loopt door de klas. “Lukt het Jia Li?’, vraagt ze. Jia Li knikt. Ze kijkt de juf aan. Is de glimlach weer verdwenen?
Als de school uit, loopt juf Lian zuchtend naar haar directeur Kueng. ‘Het gaat niet langer’, zegt ze. ‘Ik ga gelijk naar huis. Ik ben zó moe. Misschien kom ik morgen ook niet.’ De hoofdonderwijzer kijkt haar vragend aan: ‘Is er iets, Lian?’ ‘Ik ben heel moe. Het wordt steeds erger.’ Juf Lian ontwijkt zijn blik. Ze durft niet te vertellen welke vragen ze heeft. Ook niet wat ze voelt. Wat zal de Kueng zeggen als ze het vertelt?

Thuis valt ze op haar bed neer. Ze kan niet meer. Trek in eten heeft ze niet. Ze moet alleen maar denken aan dat erge. Na een bange nacht valt juf Lian ’s morgens vroeg in slaap.
’s Middags wordt er op de deur geklopt. Juf Lian schrikt. Ze doet de deur voorzichtig open. Een glimlach komt op haar gezicht. ‘Jia Li! Wat is er er?’ ‘Waarom was u niet op school?’, vraagt ze. ‘Ik ben moe. Ik heb de hele dag geslapen. Kun jij wat eten voor mij kopen in het klein dorpswinkeltje?’ Jia Li is blij dat ze iets voor haar juf kan doen. Al snel komt ze met de boodschappen terug. ‘Komt u morgen weer?’ ‘Ik denk het niet. Ik moet eerst maar eens goed uitrusten.’
Weer kan juf Lian niet slapen. Ze denkt: Waarom heb ik dat mes ook gebruikt? Waarom heb ik dat bord laten vallen? Ik heb toch ook rode slingers opgehangen? Ik heb toch wierook geofferd en gebeden? Ze komt er niet uit. Eén ding weet ze wel: de boze geesten straffen haar. Er is dit jaar geen geluk voor haar. Het is haar eigen schuld.

Wekenlang tobt juf Lian over de vragen. Ze is zó moe dat ze niet naar school kan. Jia Li komt vaak even langs, samen met haar vriendinnetje Xia. Ze halen de boodschappen die ze nodig heeft. De Kueng heeft al een paar keer gezegd: ‘Lian, er moet iets zijn. Als de dokter niets kan vinden, moet je naar een waarzegger gaan. Ik weet een goede in het volgende dorp.’ Maar juf Lian denkt: Ik heb geen waarzegger nodig. Ik weet het zelf wel.

Op een dag komt de Kueng bij haar aan de deur. ‘Kom Lian, kleed je aan. We gaan naar de waarzegger. Ik neem je mee op de fiets.’ Lian is te moe om te lopen naar het dorpje een eindje naar beneden in de bergen. Achterop de fiets rijdt ze mee over het hobbelige paadje tussen de rijstvelden. Voor een armoedig huisje stopt de Kueng. ‘Ik blijf buiten. Hij weet dat je komt.’ Schuw loopt juf Lian naar binnen. Ze is bang. Nu zal ze de straf horen.
De waarzegger vraagt: ‘Kun je me vertellen wat er gebeurd is?’ Juf Lian vertelt haar verhaal. Stil wacht ze tot hij gaat spreken. Nu zal het komen. Tot haar verwondering zegt hij: ‘Je hoeft niet bang en bezorgd te zijn. Er is één echte God. Die zal jou helpen. Deze God is geen afgod. Hij is de echte God.’ Juf Lian kijkt de man verbaasd aan. Wat bedoelt hij? De man gaat verder: ‘Wie die echte God is, weet ik niet. Ik heb iemand over die God horen vertellen.’
Juf Lian zegt niets. Stilzwijgend fietst de Kueng met haar terug naar het dorpje hoger in de bergen. Hij moet hard trappen. Af en toe moeten ze opstappen omdat het pad te steil is. ‘Kom je morgen werken?’, vraagt hij als hij juf Lian voor haar huisje afzet? ‘Ik denk het niet, misschien’, is haar ontwijkende antwoord. Ze wil alleen zijn. Ze wil nadenken. Ze is zo ontzettend moe van alles. Eerst de tocht, toen het vreemde antwoord, daarna de tocht terug.

Thuis valt ze op haar bed neer. Nu weet ze het helemaal niet meer. Ze dacht dat haar ziekte een straf van de boze geesten was. Het was immers haar fout om een mes te gebruiken en om een bord te laten vallen op Nieuwjaar? En nu heeft de waarzegger het over een echte God. Bestaan er dan geen boze en goede geesten?
Wie is die echte God? Zal die echte God haar helpen? Zal die God haar beter maken? Allerlei vragen stormen in haar hart. Haar moeheid wordt alleen maar groter.
Enkele dagen later komt de Kueng opnieuw bij haar op bezoek. ‘Lian, ik heb iemand gevonden die jou meer kan vertellen over de echte God. Zal ik vragen of hij bij je komt?’ Juf Lian kijkt haar baas aan. Hoe weet hij dit? Heeft hij aan de deur geluisterd wat de waarzegger zei? Heeft hij met hem gesproken? ‘Hoe weet…?’ Verder hoeft ze niet te gaan. Haar Kueng zegt: ‘Ik ben bij hem geweest. Hij heeft mij verteld waarom je ziek bent. Je denkt teveel na. Daarom wil ik je helpen.’ Ze ziet aan zijn gezicht dat hij het meent. ‘Goed dan.’

De volgende zaterdag staat er een vreemde man voor haar deur. Zou…? Voorzichtig doet ze de deur open. ‘Nín zǎo, nǐn hǎo?’ (= Goedemorgen, hoe maakt u het) Juf Lian ziet een paar vriendelijke rustige ogen haar aankijken. Zou deze man door de Kueng gestuurd zijn? Zou dit de onderwijzer uit het andere dorp zijn? Voor ze verder kan nadenken, zegt hij: ‘Ik ben Wang. Mag ik je iets over de echte God vertellen?’ Ze opent de deur en laat de vreemde man binnen.
Al snel zijn ze met elkaar in gesprek. Wang luistert naar haar verhaal. Daarna vertelt hij op een eenvoudige over de echte God. Hij is de God van hemel en van aarde. Hij zorgt elke dag voor Zijn schepping. Hij wil mensen helpen die tot Hem roepen. Juf Lian begrijpt het niet. Ze kent alleen maar boze en goede geesten. ‘Ben ik niet ziek, omdat ik een mes gebruikt heb en omdat ik een bord kapot heb laten vallen op Nieuwjaar?’ Wang schudt zijn hoofd. ‘Nee, echt niet. Er zijn geen andere goden, die goden kunnen niets.’
Ze zijn zo aan het praten, dat ze de klop op de deur niet horen. Ze zien niet dat de deur voorzichtig opengaat. ‘Juf…, juf…, waarom doet u…’ Juf Lian schrikt als ze haar twee leerlingen ziet. Wat zullen ze zeggen? Maar Wang zegt spontaan: ‘Zijn dat uw kleine helpers? Laat ze maar binnen komen.’ Jia Li en Xia durven nu verder het kleine huisje binnen te lopen. ‘Willen jullie nog wat boodschappen doen?’ De twee meisjes knikken, dat doen ze toch elke week? Ze weten al precies wat ze moeten halen. ‘Komen jullie straks terug?’, vraagt Wang. ‘Vinden jullie verhalen leuk?’ Natuurlijk, de meisjes knikken allebei even hard.

Als ze terug zijn, pakt Wang een boek uit zijn tas. ‘In dit boek staan heel veel verhalen. Ik zal het eerste verhaal voorlezen.’ Juf Lian en de meisjes luisteren aandachtig. Wat een mooi, maar wat een vreemd verhaal. Een God, Die zorgt dat er dieren en mensen op aarde komen? Daar hebben ze nog nooit over gehoord. Als het verhaal uit is, vraagt hij aan juf Lian: ‘Mag ik volgende week terugkomen? Dan vertel ik nog meer.’
Juf Lian heeft veel om over na te denken. Maar… ze kijkt ook uit naar zaterdagmorgen. Ze heeft wat vragen opgeschreven. Die wil ze aan Wang stellen. Rustig beantwoordt Wang haar vragen. Hij vertelt haar ook over de Heere Jezus. Die Naam heeft ze ook nog nooit gehoord. Op sommige vragen heeft ze antwoord gekregen, maar nu heeft ze weer andere vragen. Dan zegt Wang: ‘Ik heb een eenvoudige Bijbel voor je meegenomen. Als je niet te moe bent, kun je daar deze week in lezen.’
Het is voor juf Lian heel onbegrijpelijk, maar na een paar weken voelt ze zich een heel stuk beter. Haar angst voor de geesten is weg. Ze leest veel in de Bijbel. Zo leert ze langzamerhand steeds meer over God. Maar… ze ziet ook dat ze zelfs zoveel dingen fout doet. ‘Wang, hoe moet dat nu? Ik heb altijd verkeerd gedacht. Ik heb in geesten geloofd die niet bestaan. Ik lees dat de God van de christenen dat niet wil.’ Op een eenvoudige manier vertelt Wang haar over het werk van de Heere Jezus. Hij kan haar hart anders maken. Hij kan het verkeerde vergeven.

Intussen gaat ze regelmatig een paar uur naar school. Ze merkt aan de Kueng dat hij blij is. ‘Hoe komt het Lian, dat je niet meer zo bang bent?’ Juf Lian vertelt hem eerlijk dat ze elke dag in de Bijbel leest. Daarop vraagt hij: ‘Mag ik dat Boek ook lezen?’ ‘Ik zal een Bijbel aan Wang vragen. Misschien kunnen we zaterdagmorgen met elkaar lezen.’
Vanaf die tijd komen ze elke zaterdagmorgen in het huisje van juf Lian bij elkaar om een stukje te lezen en er over te praten. Juf Lian vertelt in het dorpje ook aan andere mensen dat ze echte God heeft gevonden. Zo worden er meer mensen nieuwsgierig. Wang is blij mee. Wel zegt hij tegen juf Lian: ‘Weet je dat onze regering het niet goed vind dat wij bij elkaar komen? De Bijbel is een verboden boek!’ Maar ze zegt: ‘Ach, wie moet dat nu hier in dit afgelegen dorpje zien? We wonen toch niet in de stad?’

Als ze op een zaterdagmorgen weer bij elkaar zijn, wordt opeens de deur van het huisje opengegooid. ‘Kueng… je moet komen.’ Huilend valt zijn vrouw op een stoel. Kueng begrijpt er niets van. Snikkend vertelt de vrouw: ‘Onze kleindochter Fang heeft een ernstig ongeluk gehad. Wat moeten we?’ ‘We gaan er gelijk heen’, zegt hij. Maar Wang zegt: ‘We zullen eerst bidden voor Fang. God kan haar beter maken. Hij kan jullie helpen.’ In een ernstig gebed vraagt hij om bewaring voor Fang. Ook aan het eind van de morgen bidt hij nog eens met de mensen voor Fang, haar ouders en haar grootouders. Maar… in de loop van de week sterft het jonge meisje.

De volgende zaterdag komen ze weer bij elkaar. De groep bestaat nu al uit acht volwassen mensen. Kueng is er deze morgen niet bij, maar als ze aan het bidden zijn horen ze buiten een grote schreeuw. Woest wordt de deur opengesmeten. ‘Zie je wel, dat jullie God niet bestaat? Had ik maar nooit naar jullie geluisterd. Nu straffen de goden mij. Daarom is Fang gestorven.’ Wang probeert de boze en verdrietige man te kalmeren, maar het helpt niet. Steeds bozer wordt hij. Allerlei scheldwoorden uit hij.
Zo kunnen ze niet met elkaar uit de Bijbel lezen. Een vrouw, die nog maar voor de derde keer komt, wordt bang en sluipt stil het huisje uit. Anderen volgen. Tenslotte blijven Wang en juf Lian samen over. Wang zit met gevouwen handen. Hij bidt. Als de stilte teruggekeerd is, zegt hij: ‘Lian, zullen we samen bidden?’ Wang vertelt alle nood en zorg aan de Heere. Juf Lian voelt het: de Heere zal bij haar zijn, ook al zal het nu heel moeilijk worden.
Kueng mijdt haar zoveel mogelijk op school. Hij zegt heel weinig. Zijn gezicht staat nog steeds verdrietig en boos. Juf Lian probeert met hem te praten, maar hij wil helemaal niets zeggen.

Het is weer zaterdag. Juf Lian wacht. Een paar mensen uit het dorp zijn toch weer gekomen. Maar… wie er niet komt? Wang! Ze begrijpt er niets van. Tenslotte begint ze zelf maar. Eerst bidt ze en daarna leest ze een stukje. Ze kan alles niet zo goed uitleggen als Wang. Wat jammer dat hij er niet is. Ook de weken daarop komt hij niet. Er komen ook steeds minder mensen naar haar huisje. Zal ze het aan Kueng vragen? Maar als ze op school naar hem kijkt, weet ze dat hij niets zal zeggen.
De week daarop fietst ze naar het dorpje van Wang. Ze wil zelf kijken waarom hij niet komt. In het dorpje vraagt ze naar hem. De mensen kijken haar verbaasd aan. Wang? Die is allang verhuisd. Hij is overgeplaatst naar een andere school. Teleurgesteld en verdrietig gaat juf Lian naar huis. Nu begrijpt ze wat er gebeurd is. Kueng is zo boos, dat hij aan de regering in de stad alles verteld heeft. Nu kunnen ze niet meer bij elkaar komen en over God praten. Maar juf Lian wil juist zo graag dat andere mensen ook over de Heere Jezus horen. Ze leest steeds meer in haar Bijbel. En… wat eigenlijk niet mag, maar wat ze wel doet: ze vertelt aan de kinderen in het dorp over de Heere Jezus. Nee…, niet op school. Maar als de kinderen bij haar thuis komen, vertelt ze heel eenvoudig over het grote wonder is.

Af en toe gaat ze naar het dorp van Wang. Daar wonen mensen die ook in de Bijbel lezen. Op een keer komt er een man uit Europa. Ze vertelt haar verhaal en zegt: ‘Kunt u voor Bijbels voor de kinderen zorgen? Ik wil hen zo graag iets over de Heere Jezus laten lezen.’ De man belooft niets. Soms is het heel moeilijk om Bijbels en kinderbijbels in China te drukken. Ze moet geduld hebben.

Het is maanden later, shí èr yuè (=december). Juf Lian heeft nog steeds niets gehoord. Ze weet dat de christenen in deze maand het Kerstfeest vieren. Ze heeft in haar Bijbel de verhalen opgezocht. Vanmorgen zal ze hen vertellen over de geboorte van de Heere Jezus. Het is voor haar een groot wonder dat Hij haar Zaligmaker wil zijn. Hij heeft haar zonden vergeven. Daarom kan ze deze morgen niet over Hem zwijgen. Heel eenvoudig vertelt ze aan de jongens en de meisjes dat Hij ook voor hen gekomen is. Dat het nodig is dat ook zij de Heere Jezus leren kennen.

Juf Lian ziet alleen haar kinderen. Ze hoort verder niets. De kinderen horen het verhaal voor de eerste keer. Ze vinden het zo mooi en zo spannend dat ze niet merken dat de deur voorzichtig opengaat. Juf Lian stopt verschrikt als er plotseling een man in de kamer staat. Wie is dit? Is het een regeringsambtenaar? Dan zegt de man: ‘Lian, ik ben het, Wang.’ De man zet zijn pet af. Juf Lian wordt helemaal blij. ‘Wang. Waar was je? Blijf je hier?’ ‘Vandaag wel, maar ga verder met je verhaal. Ik luister.’ Aan het eind van het verhaal zegt Wang: ‘Juf, ik heb iets in mijn tas. Vindt u het goed als ik dit aan de kinderen geef?’ ‘Heb je…?’ Van spanning kan juf Lian niet verder praten. Wat haalt Wang uit zijn tas? Een stapeltjes boekjes.
“Jongens’, zegt ze dan blij. ‘We gaan eerst danken. Ik heb de Heere elke dag gevraagd om boekjes over de Bijbel. Vandaag heeft God dat verhoord.’ Heel eenvoudig danken ze samen de Heere. Wang deelt de boekjes uit. Hij zegt erbij: ‘Dit boekje mag ik niet aan jullie geven. Het is verboden door onze regering. Maar ik doe het toch, omdat God zegt dat het moet. Lees veel in dit boekje.’ Tegen juf Lian zegt hij: ‘Blijf aan de kinderen vertellen over de Heere Jezus. Hij kan ook deze kinderen gelukkig maken.’

Auteur: J.J. Meijer-Voortman



Opvoeden doe je samen!

Leer van elkaar door het onderlinge gesprek! Wij komen graag naar jullie voor toerusting op maat. Bekijk de dienstenpagina voor ons aanbod of stel je vraag per mail aan Thera.

Neem contact op

Heb je een tip?

Deel met ons je idee!

Stuur je tip in

Kerstverhaal

Meer

De glinsterende kerstbal

22 november 2020
Dit kerstverhaal is een resultaat van een kerstverhalenwedstrijd, georganiseerd door de Puntuit en de jeugdbonden HHJO, JBGG, LCJ en HJW. De verhalen …
+
Ontwikkeld door

De vergeten oorlog

22 november 2020
Dit kerstverhaal is een resultaat van een kerstverhalenwedstrijd, georganiseerd door de Puntuit en de jeugdbonden HHJO, JBGG, LCJ en HJW. De verhalen …
+
Ontwikkeld door

Een geheime, eigen Bijbel

22 november 2020
Dit kerstverhaal is een resultaat van een kerstverhalenwedstrijd, georganiseerd door de Puntuit en de jeugdbonden HHJO, JBGG, LCJ en HJW. De verhalen …
+
Ontwikkeld door

Een kleurrijke kerst

22 november 2020
Dit kerstverhaal is een resultaat van een kerstverhalenwedstrijd, georganiseerd door de Puntuit en de jeugdbonden HHJO, JBGG, LCJ en HJW. De verhalen …
+
Ontwikkeld door

Het mandje in de sneeuw

22 november 2020
Dit kerstverhaal is een resultaat van een kerstverhalenwedstrijd, georganiseerd door de Puntuit en de jeugdbonden HHJO, JBGG, LCJ en HJW. De verhalen …
+
Ontwikkeld door

Kerst op de kinderafdeling

22 november 2020
Dit kerstverhaal is een resultaat van een kerstverhalenwedstrijd, georganiseerd door de Puntuit en de jeugdbonden HHJO, JBGG, LCJ en HJW. De verhalen …
+
Ontwikkeld door

Kerstverhaal - Abraham en de Wijzen uit het oosten

15 januari 2022
Dit kerstverhaal vertelt over de Wijzen uit het oosten, tegen de achtergrond van Gods belofte aan Abraham, dat zijn nageslacht net zo talrijk zou …
+
Ontwikkeld door

Kerstverhaal - Abul de vluchteling

10 november 2020
Een kerstverhaal over Abdul uit Soedan en zijn vlucht naar Nederland. Daar hoort hij over de Heere Jezus.
+
Ontwikkeld door
BHZ

Kerstverhaal - Andrej

5 januari 2021
Een kerstverhaal over het liefhebben van je naaste. De moeder van Andrej helpt een arme, zieke vrouw door haar in huis te nemen. Andrej is er niet zo …
+
Ontwikkeld door
BHZ

Kerstverhaal - Ashra de asielzoeker

10 november 2020
Een kerstverhaal over een christelijk gezin dat in Nederland asiel zoekt. Ashra moet met zijn familie vluchten. De paspoorten die vader gekocht heeft …
+
Ontwikkeld door

Kerstverhaal - Aydin uit Turkije

10 november 2020
Een kerstverhaal over christenvervolging in Turkije. Aydins vader is moslim en haat christenen. Aydin moet Husnur, die aardige jongen uit het dorp, …
+
Ontwikkeld door
LCJ

Kerstverhaal - De begraven schat

10 november 2020
Een kerstverhaal over een verborgen schat, dat zich afspeelt in Noord-Korea.
+
Ontwikkeld door
BHZ

Kerstverhaal - De laatste zal de eerste zijn

10 november 2020
Alle kinderen uit de klas hebben geld opgehaald voor een goed doel. Dirk kan het niet goed hebben dat juist 'simpele' Daantje het meeste geld …
+
Ontwikkeld door
BHZ

Kerstverhaal - De oude molen

10 november 2020
Een spannend kerstverhaal dat zich afspeelt in de oorlog. Twee broertjes ontdekken een Joodse onderduiker bij de oude molen. Ze mogen hem vertellen …
+
Ontwikkeld door
BHZ

Kerstverhaal - De paraplu-sprong

10 november 2020
Een kerstverhaal over twee stoere jongens die parachute willen springen. Rob krijgt een nieuwe buurjongen. Het klikt goed en samen bedenken ze stoere …
+
Ontwikkeld door
LCJ

Kerstverhaal - De schuilplaats

10 november 2020
Een spannend kerstverhaal over de Schuilplaats die we allemaal nodig hebben. Janos moet met zijn ouders en broertje en zusje vluchten. Het wordt te …
+
Ontwikkeld door
BHZ

Kerstverhaal - De vierde wijze

25 augustus 2021
Een kerstverhaal over de vierde wijze die op zoek gaat naar de Heere Jezus. Dit kerstverhaal is gebaseerd op een legende over een vierde wijze uit …
+
Ontwikkeld door

Kerstverhaal - Een koning op zijn troon

10 november 2020
Koning Bromtol is niet snel tevreden. Dit jaar is er geen enkel kerstverhaal goed genoeg. Tot er een zwerfster komt en hem vertelt over de Koning van …
+
Ontwikkeld door
LCJ

Kerstverhaal - Een spannend verhaal in Zweden

10 november 2020
Een boer komt op kerstavond terug uit de stad. Hij heeft kerstinkopen gedaan. Nog even en het is donker. Hij moet snel naar huis! Maar dan staat daar …
+
Ontwikkeld door
LCJ

Kerstverhaal - Engeltje

10 november 2020
Een kerstverhaal over een meisje dat Engeltje heet en op school geplaagd wordt om haar naam. Ze loopt weg van school en dan…
+
Ontwikkeld door
BHZ

Kerstverhaal - Geboren in een stal

10 november 2020
Hans woont met zijn opa in de alpenweide, boven op de berg. Hij komt nooit in het dorp. Totdat de meester hem komt halen om naar school te komen. Dan …
+
Ontwikkeld door
BHZ

Kerstverhaal - Geen plaats

10 november 2020
Een kerstverhaal over vooroordelen en vergeving. Rashid wordt gepest, omdat hij een Marokkaan is. Roel en Timo zullen hem eens een lesje leren, maar …
+
Ontwikkeld door
BHZ

Kerstverhaal - God bestaat!

10 november 2020
Vitali woont in Siberië. Hij is in aanraking gekomen met iemand die hem uit de Bijbel verteld heeft. Dan maakt hij een angstig avontuur mee. Zou deze …
+
Ontwikkeld door
BHZ

Kerstverhaal - Het kerstfeest van Teuni

10 november 2020
Een kerstverhaal over een eenzame jongen die op zijn nieuwe school geplaagd wordt. Maar ook over de Heere Jezus hoort vertellen. Wat heeft dat …
+
Ontwikkeld door
BHZ

Kerstverhaal - Het volk dat in duisternis wandelt

10 november 2020
Een kerstverhaal over vervolgde christenen. Yin woont in een land waar geloven in Jezus verboden is. Toch vertellen haar ouders over Jezus. Maar dan …
+
Ontwikkeld door
LCJ

Kerstverhaal - Ik droomde dat je vrij was

10 november 2020
Een kerstverhaal dat zich afspeelt in de Tweede Wereldoorlog. Esther en haar moeder zijn Joodse christenen. Ze zitten gevangen in kamp Westerbork. …
+
Ontwikkeld door

Kerstverhaal - Ik heb een machtig Heiland

10 november 2020
Een kerstverhaal van Frinsel over zelfopofferende liefde. Twee piloten storten neer en worden gered door een man die zijn leven voor hen over heeft.
+
Ontwikkeld door
LCJ

Kerstverhaal - Ik verkondig u grote blijdschap

10 november 2020
Een spannend kerstverhaal over vervolgde christenen. Na spannende avonturen wordt het kerstfeest in de gevangenis, het vluchtelingenkamp en een …
+
Ontwikkeld door

Stel je eigen inspiratielijst samen

Voeg met behulp van het plusje items toe aan je inspiratielijst. Al je favorieten in één lijstje overzichtelijk bij elkaar!