Na een lange dag met een peuter, een kleuter en twee schoolmeisjes vraag ik mezelf wel eens af: wat deed ik eigenlijk vandaag? Ik heb geen artikelen geschreven, geen lezingen gegeven, geen studenten begeleid, mijn verpleegkundige vaardigheden niet ingezet in de overbelaste zorg. Ik veegde neusjes schoon, las Jip en Janneke voor, knuffelde met een slaperig meisje dat wakker moest worden, zat in het speeltuintje achter het huis, hing een was op, schonk limonade in, veegde de tafel schoon toen een beker omviel, schilde fruit, suste ruzies, glimlachte.
Het levert geen likes op, geen waarderende woorden, geen applaus. Geen bloemetje, geen salaris. Het moederschap is geen ambt en geeft me geen status. Niemand ziet het.
Kathedralen bouwen
Ik las een verhaal over een moeder die daar ook mee worstelde. Ze was bij een vriendin die net terug kwam van een verre reis. Ze vond het moeilijk om niet jaloers te zijn toen ze haar vriendin hoorde vertellen over de heerlijke hotels, de prachtige bezienswaardigheden en de bijzondere ervaringen die ze had opgedaan. Daarbij vergeleken vond ze haar eigen leven als moeder zo onbetekenend. Haar vriendin gaf haar een mooi ingepakt cadeau. 'Dit heb ik voor je meegebracht', zei ze. Het was een boek over prachtige Europese kathedralen. Voorin stond geschreven: "met bewondering zie ik de grootheid van wat jij bouwt als niemand het ziet". In het boek ontdekte ze vier belangrijke dingen:
- Niemand weet wie de mooiste kathedralen gebouwd heeft. De namen van de bouwers zijn nergens opgeschreven.
- Deze bouwers werkten soms hun hele leven aan een kerk die ze nooit af zouden zien komen.
- Ze brachten offers, maar verwachtten er niets bijzonders voor terug. Ze deden 'gewoon' hun werk zoals van hen gevraagd werd.
- Voor velen was het bouwen aan een Godshuis een zaak van geloof, dat God alle dingen ziet.
In het boek stond een verhaal over een rijke man die in een kerk loopt die nog in aanbouw is. Hij zag een werkman op een steiger een klein vogeltje uitsnijden aan de binnenkant van een balk. Verwonderd vroeg de man hem: 'waarom doe je dat? Niemand ziet dat toch?' De werkman antwoordde: 'God ziet het!'
Moeders zijn bouwers
Al die keren dat we neusjes schoonvegen, voorlezen, een slaperig kind knuffelen, in een speeltuintje zitten, was ophangen, limonade inschenken en weer van tafel vegen, fruit schillen, ruzies sussen en glimlachen zijn we niet onzichtbaar. God ziet het! En juist omdat Hij het ziet mogen we het doen met alles wat we in ons hebben. Met hart en ziel. We zijn geen onzichtbare moeders, maar grote bouwers. De Heere wil ons, moeders, gebruiken om kinderen groot te brengen. Hij heeft voor ons, moeders, de belangrijke taak om aan Zijn kerk te bouwen. Steen voor steen, dag na dag. Eén glimlach, één uitgesproken ruzie, één Bijbelverhaal, één beker koud water per keer.
Maar misschien bemoedigt het jou helemaal niet dat God je ziet. Je ziet je tekort in je moederschap. Je bouwt helemaal niet met hart en ziel, maar vaak maar wat halfslachtig. Je weet dat je in je moederschap vaak niet met Gods eer en Zijn Koninkrijk bezig bent, maar met je eigen eer, je eigen comfort, dat wat voor jezelf het prettigst is. Soms zou je daarom liever hebben dat Hij het niet ziet. Dan is het zien van God geen troost, maar een last voor je.
Twee vragen voor jou
Toen Hagar zwanger werd, verachtte ze Saraï. Ze verhief zich boven haar die onvruchtbaar was. Wat er precies gebeurt weten we niet, maar er staat in Genesis 16 dat Saraï haar daarom vernederde, zodat Hagar moest vluchten. Had Hagar daar zelf geen schuld? Daar gaat ze, verdreven van de plek die ze haar thuis noemde. Zwanger en alleen. Maar bij de waterbron komt de Engel van de Heere naar haar toe. 'Vanwaar komt gij en waar zult gij heengaan?' vraagt Hij. Bij de eerste vraag moest Hagar haar schuld bekennen. Op de tweede vraag moest ze het antwoord schuldig blijven. Het zijn twee vragen voor jou en mij vandaag.
- Waar kom je vandaan?
- Waar ga je naartoe?
Als jij je tekort ziet in je moederschap en moet bekennen dat je vaak helemaal niet probeert een moeder tot eer van God te zijn, vaak niet trouw met hart en ziel aan het bouwen bent, sta dan eens bij deze twee vragen stil die God aan Hagar stelt. Hij ziet haar. Hij kent haar. En Hij wil dat ze zichzelf leert kennen. Stel jezelf deze vragen eens. Schrijf de antwoorden op. Waar kom je vandaan? Dat kan over lang geleden gaan, maar ook over vandaag. Waar kom je zojuist vandaan? Wat heb je gedaan in het afgelopen half uur, in de laatste halve dag? Wie was je voor God? En waar ga je naartoe? Wat is je doel met je leven, met elke nieuwe dag? Waar reis je heen? Stel jezelf de vragen. Belijd de antwoorden aan de Heere. Breng het in gebed en vraag Hem om vergeving.
De God Die ziet
Bij de Heere is een overvloed van genade. Hij schonk Zijn eigen Zoon, Die verzoening aanbracht door Zijn leven te geven aan Golgotha's kruis. Door het offer van Zijn leven is er vergeving, ook voor moeders die niet beantwoorden aan het doel waarvoor ze geschapen zijn. Door Hem is er verzoening met God.
Maar God, Die rijk is in barmhartigheid door Zijn grote liefde, waarmede Hij ons liefgehad heeft, ook toen wij dood waren door de misdaden, heeft ons levend gemaakt met Christus; (uit genade zijt gij zalig geworden) (Efeze 2:4, 5)
Hagar wordt door de Engel teruggestuurd naar Saraï om schuld te belijden. Maar ze hoeft niet met lege handen te gaan. God stuurt haar terug met beloften van Zijn trouw. En zij noemt Hem: 'El-Roï', de God die ziet. Ken jij Hem als de God die ziet? Als niemand je werk ziet dat je doet voor je kinderen, weet je dan dat Hij je ziet? Weet je dat Hij je helemaal kent, tot in het diepst van je ziel? Heb je Hem leren kennen als de God die je helemaal kent en je toch liefheeft, omdat Hij jou door genade aanziet in Zijn Zoon?
Zijn Kerk
Bouw aan het stukje van het Godshuis dat je in beheer gegeven is. Doe het met hart en ziel, biddend, in afhankelijkheid van Hem. Weet dat Hij je ziet. En verwacht de uitkomst van Hem alleen. Omdat het Zijn Kerk is.
Dit blogartikel werd geschreven door Elise.