Het was in de pauze van een gemeenteavond. De dominee kwam aan de praat met een vader en het gesprek kwam op de catechisatie. ‘Het zal wel niet meevallen, hè dominee?’, zei de vader. Zonder haar te noemen, dachten ze allebei aan de dochter van de vader, met wie ze beiden de nodige moeite hadden. De dominee antwoordde: ‘Nou, inderdaad, het kost me wel eens moeite om de jongeren erbij te betrekken. En helaas zijn er een paar die het nogal eens helemaal laten afweten…’ De vader knikte begripvol. ‘Ik snap het… Nou dominee, succes ermee!’
Het voorbeeld is fictief, maar zeker bij predikanten en andere catecheten zal het wel herkenning oproepen. Het gebeurt nogal eens dat ze er veel moeite voor moeten doen om bepaalde jongeren erbij te betrekken. Of ze constateren dat sommige jongeren heel makkelijk bij de catechisatie wegblijven. ‘Weten jullie waarom Jaap er niet is?’ ‘Ja, hij had teveel huiswerk.’ Of: ‘Hij moest trainen.’ Of zelfs: ‘Hij mocht van z’n ouders thuisblijven.’ ‘Nou dominee (of andere catecheet), succes ermee!’
Achterstand
Zo makkelijk als de fictieve vader uit het voorbeeld, zullen de meeste ouders zich er hopelijk niet van afmaken. Toch staat het voor een houding die in mindere of meerdere mate aanwezig kan zijn: catechisatie is de verantwoordelijkheid van de catecheet. Hij of zij moet ervoor zorgen dat mijn zoon of dochter meedoet en van hem of haar hangt het af of mijn zoon/dochter überhaupt naar catechisatie wil. Tot op zekere hoogte is dat terecht. Bij de catecheet ligt een grote verantwoordelijkheid. Maar als we zo hier en daar onze oren te luisteren leggen in het land, krijgen we de indruk dat er vaak veel meer aan de hand is. Catechisatie zou méér een gezamenlijk ‘project’ van catecheet én ouders moeten zijn. Zonder ouders die nauw betrokken zijn bij de catechese, staat de catechese bij voorbaat op achterstand.
Ouderavond
Wat dat betreft , is er soms een vreemde situatie. De meeste ouders willen precies weten wat er met hun kind op school gebeurt. Zeker als een kind voor het eerst naar de middelbare school gaat, zit je als ouder te wachten op een informatieavond waarop uitgelegd wordt wat er gaat gebeuren. En in het jaar waarin er een profiel gekozen moet worden, wil je als ouder goed op de hoogte gehouden worden. Want je bent natuurlijk betrokken bij het onderwijs van je kind. Maar bij catechisatie blijkt dat veel minder vanzelfsprekend te zijn. Onlangs was ik betrokken bij een ouderavond die een gemeente georganiseerd had, omdat ze voor het eerst gebruik ging maken van de HGJB-methode Leer & Leef. De catecheten wilden de ouders daar graag over informeren: waarom gaan we deze methode gebruiken, hoe en wat leren de tieners met deze methode, en wat wordt er van de ouders verwacht? Het was een heel mooie avond, maar het aantal bezoekers was gering.
Voorbeelden
Ouders onderschatten soms het belang van catechese én van hun eigen rol daarin. Dat begint al bij de huiselijke discussies over het wel of niet naar de catechisatie gaan. Als we willen dat een kind leert voetballen, sturen we hem naar de voetbaltraining. Heeft hij geen zin om te gaan, dan sporen we hem aan: ‘Kom op, kom van je stoel en pak je voetbalspullen!’ Zo zou het met catechese ook moeten zijn. Zoals je leert sporten op de sportvereniging, zo leer je (menselijkerwijs gesproken) geloven op de catechese – en dus slaan we in principe geen enkele keer over. Op de betreffende avond gaven ouders daarbij een paar mooie voorbeelden. Iemand zei: ‘Natuurlijk houd ik rekening met de mogelijkheden van mijn kind. Als hij echt veel huiswerk heeft, mag hij thuisblijven. Maar anders gaat hij!’ En iemand anders: ‘In zo’n geval bieden wij vaak aan om haar met de auto te brengen, zodat ze niet op de fiets hoeft. Dat scheelt haar dan weer tijd…’
Stimulans
Situaties kunnen natuurlijk ingewikkelder zijn dan dit. Maar het principe is dat ouders de catechese niet als vrijblijvend presenteren, zo van: ‘We zouden het prettig vinden als je gaat, maar wil je niet, dan is het ook oké!’ Ouders zijn hierin belangrijke identificatiefiguren, zoals ze in het algemeen belangrijke identificatiefiguren zijn voor het geloof van de tieners. Hoe belangrijk is geloven voor ons? Als tieners daar in de praktijk in positieve zin iets van merken, is dat een belangrijke stimulans – ook voor de catechese. Een vergissing die we niet moeten maken, is dat we zeggen: ‘Ik was vroeger ook zo en het is bij mij ook goed gekomen!’ Ook als dit op zich waar is, is dat geen garantie dat dit zich bij onze kinderen zal herhalen. Integendeel, de kans daarop is in deze tijd veel kleiner dan vroeger. Destijds was er veel meer sprake van een totaalomgeving die jongeren bij kerk en geloof hield. Nu komen er vanuit de omgeving vaak eerder negatieve dan positieve signalen over het geloof.
Hometrainer
Alle reden dus om als ouders nauw betrokken te zijn en te blijven bij de catechese van onze kinderen. Vraag waar het over ging en wat uw zoon of dochter eventueel geleerd heeft. Eén van de redenen dat ervoor gekozen is om zoveel aandacht te besteden aan het werkboekje van Leer & Leef (en ook van Follow Me) is dat we hopen daarmee de ouderbetrokkenheid te vergroten. In het ideale geval nemen de tieners of jongeren het werkboekje mee naar huis en kijken de ouders erin. De teksten zijn zó opgesteld dat er heel makkelijk thuis over doorgepraat kan worden. Op z’n minst kunt u als ouders kijken naar de Hometrainer (of bij Follow Me: naar het onderdeel Things to do). Daarin staat een vraag of opdracht waarbij veelal inbreng van mensen uit de omgeving gevraagd wordt. Bijvoorbeeld: ‘Bedenk een vraag over het geloof die voor jou belangrijk is. Stel hem aan iemand van wie je denkt dat hij of zij er iets over kan zeggen.’ Hopelijk bent uzelf zo iemand!’