“Mijn dagen zijn lichter geweest dan een weversspoel.” Een zinnetje uit het Bijbelboek Job. Hoewel het daar een sombere klank heeft, blijf ik het een mooi beeld vinden. Zeker voor een huisvrouw. Je ziet de draad afrollen. Ontbijt, afwas, bedden, was, boodschappen, koken, koffie, naar bed. Morgen geweest, avond geweest, een nieuwe dag. Met hetzelfde rijtje, en alle niet-noemenswaardigheden die zich daar nog tussen weten te nestelen.
Zoals de telefoon. Ik heb een moeder aan de lijn, een moeder zoals ik. Alle dagen thuis, en af en toe een klusje buiten de deur. Ze vertelt over een krijsende peuter die door zijn moeder door de gangpaden van de supermarkt werd gesleurd. „Toen ik haar zag dacht ik…” zegt zij. „Werkende moeder?” opper ik. „Toen dacht ik…” gaat ze onverstoorbaar verder, „…kijk, dat ben ik nou. Heb ik nota bene een lezing afgezegd om er voor mijn gezin te zijn, en wat gebeurt er die dag? Ik ben een brok chagrijn. Loop alleen maar op de kinderen te mopperen. Kun je dáár niet eens over schrijven?”
De wereld is geen schaakbord. De werkende moeder is niet per se zwart, en de thuisblijvende moeder niet per se wit. Het kwaad zit een spade dieper: innerlijke onvrede. Die je kan kwellen als je (letterlijk) ver van huis bent, offers brengend aan een te hoge hypotheek. Maar ook als je een heel principiële thuisblijfmoeder bent, alles en iedereen dienend, kan er diep in je een bommetje groeien dat tot ieders verbazing plotseling barst. Bijvoorbeeld in de supermarkt.
Is er een remedie tegen bommetjes? Als bedachtzaamheid en rust ons land kunnen redden, zoals filosofe Joke Hermsen zegt, dan zeker een moeder. Juist als huisvrouw kun je in een doorrazende wereld nog ongestraft je bezem neerzetten. De spoel stoppen, en de tijd, en je eigen rusteloze hart.
Bidden maakt alles anders. Dat is niet zomaar een vroom doekje tegen het bloeden. Dat is even reëel als het stukje grond waar ooit een Man knielde om Zijn aangevochten hart open te leggen. „Mijn Vader, alle dingen zijn mogelijk bij U. Maar niet Mijn wil maar de Uwe geschiede.” Overgave aan Gods wil is een vrucht van het kruis. Ook alle liefde, geduld en zelfverloochening die je zelf niet hebt zijn daar te krijgen. Maar dat is nog niet alles!
Juist zij die geroepen worden tot taken (en kruisen) die zinloos, doelloos, ongezien lijken, zijn vlak bij een groot geheim. Elke dag krijgen zij „een kans om te sterven”, zoals zendelinge Amy Carmichael het noemde. Een uitnodiging om inniger verenigd te worden met Hem Die Zijn leven gaf voor anderen. Wie die blijdschap eenmaal geproefd heeft, wil er alleen maar meer van hebben. Slavendienst blijkt duizelingwekkende vrijheid. De dagen worden steeds lichter. „Tot de Heer komt, en met Hem het loon!”