Het ontstaan van hemel en aarde door Gods handelende spreken.
De dingen hebben hun geheim
Ben je wel goed wijs als je vandaag nog in een Schepper gelooft? Professor Arie van den Beukel, natuurkundige en schrijver van het boek 'De dingen hebben hun geheim', vindt van wel. "Wat zich in een levende cel afspeelt is ongelooflijk”, zegt hij. “Daarom heb ik geen moeite om in een intelligente Schepper te geloven. Evolutionisten die mij op de mouw willen spelden dat alles zomaar ontstaan is, hebben meer geloof nodig dan eenvoudige mensen die in een Schepper geloven.”
Als je kijkt naar een prachtig schilderij, kun je daar stil van worden. Hoe bestaat het dat iemand zoiets moois kan maken. Gewoon met een kwast en verf. Het schilderij vertelt iets over de maker. Die maker heeft veel talent. Een gevoel voor schoonheid, voor contrast, voor kleur. Noem maar op. Wie stil wordt voor zo’n schilderij, bewondert daarmee ook de maker.
In het begin heeft de Heere God door Zijn Woord en Geest uit niets de hemel en de aarde geschapen. Alleen God kan dat. In de eerste hoofdstukken van de Bijbel (Genesis 1-2) staat hoe God door Zijn Woord de hemel en de aarde schept. God roept een prachtige werkelijkheid tot aanschijn: bloemen, bomen, planten, dieren. Sta eens stil bij de enorme diversiteit aan mensen, dieren, planten. In kleuren, geuren en vormen. Wat blijkt uit dit alles de oneindige grootheid, wijsheid en creativiteit van God. Wie dit op zich in laat werken, voelt zich klein worden. De Bijbel gaat ons daarin voor (Psalm 8; Job 38; Jeremia 51).
Maar Hij maakt ook een veilige en betrouwbare plek voor de mens: de bomen geven voedsel, de zon geeft licht en warmte, de leefomgeving is betrouwbaar. Denk maar aan het feit dat het elke dag weer licht en donker wordt, dat er seizoenen zijn, dat de banen van de planeten vastliggen. Alles grijpt in elkaar en hangt met elkaar samen. Wat blijkt hieruit de goedheid van God! Als kroon op de schepping, vormt God de mens. Van de mens wordt als enige schepsel gezegd dat hij geschapen wordt naar Gods beeld.
Waarom schiep God deze wereld? Het antwoord dat door de hele Bijbel weerklinkt, is: God schiep de wereld tot Zijn eer. In Jesaja 43:7 staat: “Ieder die genoemd is naar Mijn Naam, die heb Ik tot Mijn eer geschapen, die heb Ik geformeerd, ja, die heb Ik gemaakt.”
Op de zevende dag rust God. Die dag wordt ook nu nog geheiligd en toegewijd aan God. Het ultieme doel van de schepping is niet dat er mensen zijn, maar dat er mensen zijn tot Zijn dienst.
God heeft de wereld geschapen. Hij wíl dat wij er zijn. Er is niets bij toeval ontstaan. Het is Zijn schepping en we zijn volledig afhankelijk van Hem. Hij onderhoudt en regeert haar. Door de zondeval is de schepping aan het verderf en de zinloosheid onderworpen en zucht zij als in barensnood (Romeinen 8:18-23). Als je al het lijden en kwaad in de wereld ziet, dan kun je je afvragen wat er dan op dit moment van Gods onderhouden van de schepping te zien is. Maar God is aan het werk. Hij brengt de wereld, Zijn wereld, naar haar doel. De schepping die zo zucht onder de gevolgen van onze zonde blijft niet zo! We verwachten naar Gods belofte een nieuwe hemel en een nieuwe aarde waarop gerechtigheid wonen zal (2 Petrus 3:13). Als je gelooft in Jezus, word je ook zelf een nieuwe schepping en kom je tot het doel waarvoor je geschapen bent: de drie-enige God eeuwig eren en van Hem genieten.