Niet begeren: niet verlangen naar iets of iemand van een ander, of naar iets wat tegen Gods geboden ingaat.
Laat God je hoogste verlangen zijn
“De geest is ontsnappingsgezind
Hangen in coffeeshops, drinken
Kijken naar vrouwen op het net
Ik snap dat ding, ieder z'n gif, ik kijk films
Ik dacht voor inspiratie
Waarheid? Ik ben niet blij met mijn situatie.”
Zo begint het liedje ‘Ochtend weer’ van de rappers Typhoon en Sticks. Eerlijke woorden, en misschien ook herkenbaar? “De geest is ontsnappingsgezind.” De geest wil telkens weer vluchten. Want de stilte is doodeng. Juist in de stilte kun je je eigen onrust en leegte zo sterk voelen. Onze geest wil telkens weer ontsnappen, de pijn verdoven. We zoeken, verlangen, begeren...
In de Bijbel komt ‘begeren’ voor in negatieve, maar ook in positieve zin. Dat is belangrijk om te onthouden! Er staat bijvoorbeeld in Hooglied dat een meisje over haar geliefde zegt (hier wordt ook de Heere Jezus mee bedoeld) dat alles aan hem begeerlijk is! Is dat verkeerd? Nee, want het is zo door God geschapen dat we verlangen naar onze ‘geliefde’. Het zou gek zijn als je je vriend(in) niet-begeerlijk vond! Maar waarom zegt God dan dat we niet mogen begeren?
Toen God zei dat we niet mogen begeren, bedoelde Hij daarmee dat we niet mogen begeren op een manier die ingaat tegen Gods wet. We mogen niet begeren naar de spullen van een ander, naar de partner van een ander, of wat dan ook wat God aan een ander heeft toebedeeld. We moeten, als gave van de Heilige Geest, tevreden zijn met wat we hebben. Ook moeten we met ons hele hart alle zonden haten en alles wat goed is, liefhebben.
Wist je dat de eerste zonde ook is gekomen door begeerte? Eva wilde zoals God zijn. Ze zag, ze wilde, ze nam, en...! Hoeveel ruzies, conflicten, oorlogen en nog veel meer is er veroorzaakt door begeerte?
Begeerte is het bewijs dat onze gedachtes en gevoelens in de eerste plaats gericht zijn op onszelf, op het leven hier en nu (terwijl het straks allemaal voorbij is...). We willen zelf graag dat wat de ander heeft. En als we iets van een ander begeren en het hem of haar niet gunnen, dan hebben we onszelf liever dan de ander. Door ons gedrag maken we duidelijk waar onze ‘schat’ ligt. Iemand zei eens: als sommige mensen sterven laten ze hun schat achter, maar anderen nemen dan juist hun schat in ontvangst!
Het is moeilijk om tevreden te zijn met wat je hebt. Maar toch zegt Paulus ons dat we dat moeten zijn (Filippenzen 4:11). Weet je hoe het makkelijker wordt om niet te begeren? Omhoog blijven kijken! Waarom zouden we eigenlijk begeren als we straks voor eeuwig (!) door het geloof bij Hem kunnen zijn en kunnen delen in Zijn heerlijkheid? Dat moet ons toch ook aansporen om – vooral als we Hem nog niet kennen – daar onze rust te (blijven) zoeken?! Paulus zegt (Romeinen 8:18) dat wat hier op aarde ook gebeurt, niet te vergelijken is met wat nog komt! Hij beschouwt alles als afval, omdat hij de Heere Jezus kent.
Hoe moeten we vechten tegen onze begeerte? Dat doen we door iets anders te begeren: God Zelf! “Een verlangen kan alleen worden overwonnen door een groter verlangen”, zei de Duitse dominee Dietrich Bonhoeffer. David zegt dat hij veel liever God heeft, dan dat hij veel goud zou hebben. Door het Bijbellezen, het gebed en het praten met andere christenen, leren we God beter kennen. Maar vooral in de Heere Jezus, Die voor ons naar deze wereld kwam om de grote schuld weg te nemen, zien we wie God is. Vraag of de Heilige Geest je wil vervullen met liefde tot God, met liefde tot Jezus. Als je Hem kent, dan heb je genoeg. Voor eeuwig.