Gezinsmoment Verhuizing

De kinderen leren dat de Heere met het volk mee wilde gaan, door de wolk- en vuurkolom. Ook blijkt duidelijk dat Hij voor het volk blijft zorgen, bijvoorbeeld door het Manna te geven.

De kinderen leren om dit toe te passen op de verhuizing; God gaat mee, en zal ook op de nieuwe plek zorgen.

Ook wordt aandacht gegeven aan het nemen van afscheid, terug- en vooruitblikken en worden de kinderen gestimuleerd om te vertrouwen dat de Heere voor hen zorgt.

Intro 

Variant 1
Speel als introductie ‘ik ga verhuizen en neem mee…’ (als variant op: ‘Ik ga op reis en neem mee…’). Noem om de beurt een nieuw woord, maar onthoud ook goed wat de anderen hebben genoemd. Eventueel geef je een lege doos of koffer(tje) door, om te laten zien wie er aan de beurt is.
Wie een fout maakt is af, speel door tot er nog één speler over is.
Bespreek na afloop of deze dingen daadwerkelijk mee gaan. Bij jonge kinderen kan dit ook aanleiding zijn om verder door te praten wat er allemaal mee gaat en wat er achter blijft (dit kan een stuk duidelijkheid geven).

Variant 2
Nodig: speelbord van ‘Mens erger je niet’.
Laat iedereen op een klein papier (half memo-blaadje) iets tekenen of schrijven, wat diegene zeker mee wil verhuizen. Zorg dat niemand dit van elkaar ziet. Rol deze papiertjes op tot een kokertje (met de tekening of het woord naar de binnenkant) en doe er een plakbandje op.
Gebruik deze kokertjes als speelpionnen voor ‘Mens erger je niet’. Ieder gezinslid verhuist één (geheim) ding naar het nieuwe huis. Waarbij het oude huis de startplaats voor de pionnetjes is, en het eindpunt het ‘nieuwe huis’.
Wie heeft als eerste zijn vrachtje verhuisd? Diegene mag kiezen welk rolletje als eerste wordt geopend.
Wat vind je belangrijk om mee te nemen en waarom? Zit er veel verschil tussen jullie? Gaan deze voorwerpen ook daadwerkelijk mee?

Bijbelgedeelte(n)

God gaat met het volk Israël mee, als ze verhuizen vanuit Egypte en in de woestijn zijn. Hij laat merken dat Hij mee gaat en voor hen zorgt. Kies één van de onderstaande manieren om daar samen over na te denken.

Bijbelverhaal
Lees Kijk en luister deel 1 ‘Op reis naar het Beloofde land’ (blz. 78-83)
Of lees in een andere kinderbijbel het verhaal over het manna, waarbij je dit zelf inleidt door eerst te bespreken wat de wolk- en vuurkolom is (met plaat 4 en 5).

Hierbij kun je samen doorpraten over de volgende vragen:

• Hoe laat de Heere merken dat Hij mee gaat met het volk Israël? (wolk- en vuurkolom)
  Wat is het groot dat de Heere mee wil gaan, en dicht bij zondige mensen wil zijn.
• Wil Hij ook met jullie als gezin meegaan? Hoe kun je dat merken?
  (Eventueel maak je dit concreet: de Bijbel gaat mee, je kunt in het nieuwe huis ook bidden, daar gaan we ook naar de(zelfde, of andere) kerk.)
• Wat mist het volk in de woestijn? (eten)
• Hoe zorgt de Heere voor hen? Hoe zorgt de Heere voor jou?

Mogelijk komt hier iets uit wat de kinderen moeilijk of spannend vinden rond de verhuizing. Draag dit samen aan de Heere op in het gebed.

Platen en gesprek
Bekijk de Wolk- en vuurkolom

• Plaat 4: Wat betekent de wolkkolom?
• Plaat 5: Waarom verandert de wolkkolom in de nacht?
• In de wolk- en vuurkolom laat de Heere merken dat Hij met het volk meetrekt en voorop gaat. Ook nu wil hij met jou/jullie mee gaan. Hoe merk je dat? (Eventueel kan dit concreet gemaakt worden door: de Bijbel gaat mee, je kunt in het nieuwe huis ook bidden, daar gaan we ook naar de(zelfde, of andere) kerk.)

Bekijk de platen over het manna.

• Plaat 18: Wat zeggen de mensen als ze dit zien? (wat is dat? = manna)
• Plaat 20: Wat moeten ze met het manna doen?
• Plaat 22: Wat zie je? Zouden de Israëlieten honger hebben gekend, toen ze in de woestijn waren? Nee, hè, ze hebben geen honger geleden. De Heere heeft altijd voor hen gezorgd! Ze waren wel boos en bang, omdat hun eten opraakte in de woestijn. Maar de Heere gaf het manna; brood uit de hemel.

Zijn er dingen die jij leuk of juist spannend vindt aan de verhuizing?
Je weet niet hoe alles zal gaan. Wel weet je dat de Heere altijd voor je zorgt.
Zijn er hierbij concrete gebedspunten, die jullie bij de Heere kunnen brengen?

Bijbelstudie
Lees Exodus 33:12-17.

• Welke opdracht gaf de Heere eerst aan Mozes, waar hij nu over gaat bidden? (vers 12a)
• Wat heeft God Zelf tegen Mozes gezegd? (vers 12b)
• Kent God jou ook bij je naam? En wat betekent ‘genade vinden in de ogen van God’?
• Wat vindt Mozes heel belangrijk? (dat God meegaat)
• Mozes moet de onbekende weg in de woestijn gaan. Dat is moeilijk en Mozes kan dit niet zelf. De Heere gaat Mozes geruststellen. Wat belooft Hij? (vers 14-17)

Lees Psalm 105:39-41.

• Hoe konden de Israëlieten merken dat de Heere meeging?
• In Exodus 13 vers 21 staat dat de Heere voor het volk uit ging. Wat lees je daarover in psalm 105?
  -Waar baden de Israëlieten om? (vers 40)
• Het volk Israël vertrok met ongeveer 2 á 3 miljoen mensen uit Egypte.
  Dat zijn waarschijnlijk meer mensen geweest dan de steden Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht bij elkaar. Zou er iemand van het volk Israël honger hebben gehad, in de woestijn?

De Heere wil alles geven wat je nodig hebt en ook met jou mee gaan.
Als je gaat verhuizen, verandert er veel. Dat kunnen leuke dingen zijn, maar ook moeilijke dingen. Welke dingen wil jij aan de Heere vertellen en vragen, als je denkt aan de verhuizing? Dit kun je samen in het gebed bij de Heere brengen.

Activiteiten

Kies uit onderstaande activiteiten wat past bij jouw kind(eren).

Woorden & taal
Nodig: smartphone, papier en pen.
Zet de wekker op je smartphone op bijv. 3 minuten.
Schrijf allemaal zoveel mogelijk dingen op, die voor de Israëlieten veranderden, toen ze uit Egypte vertrokken. Wie heeft de meeste dingen bedacht en kloppen ze met de Bijbel?
Eventueel kun je dit herhalen met de vraag: wat verandert er door de verhuizing voor jou?
Daar kun je samen op doorpraten, met de nadruk op: de Heere gaat mee.

Bewegen
Nodig: opgeblazen ballon en een smartphone (voor de time-timer)
Ballon hoog houden. Houdt bij hoe veel tijd ieder gezinslid een ballon in de lucht kan houden, waarbij bijvoorbeeld geen handen gebruikt mogen worden. De tijd stopt, zodra de ballon de vloer raakt.
Nadat iedereen alleen aan de beurt is geweest, experimenteer je, hoelang jullie dit met elkaar als gezin kunnen. De tijd wordt vast een stuk langer en goed samenwerken is nodig.
Zo is het ook met ons leven; als de Heere met ons mee gaat en helpt, kunnen we dingen die we zelf niet kunnen. Bij welke dingen rond de verhuizing heb jij de hulp van de Heere nodig?

Knutselen
Nodig: een oven en benodigdheden uit het recept.

De Israëlieten kregen dagelijks brood uit de hemel, zoals Jezus het manna noemde. Bak samen broodjes (bijvoorbeeld volgens dit recept), en denk na over Gods dagelijkse zorg voor ons.
Heb je een speeltent? Dan is dat natuurlijk een leuke plek om deze broodjes op te eten.

Experimenteren
Variant 1 - wolk
Nodig: stevige plastic fles van 2 liter, lauw water, 3 lucifers.
Ga zelf een wolk in een fles maken, met het volgende experiment.

Variant 2 - manna
Nodig: pan met deksel, olie, maiskorrels, suiker

Het manna in de woestijn bestond uit kleine korreltjes, waarvan de Israëlieten zich afvroegen: wat is dat? Experimenteer met elkaar hoe je lekkere popcorn maakt. Klik hier voor een recept.

Wil je ‘echt’ manna maken door rijst te poffen? Dat kan natuurlijk ook; de dag er voor moet je dan de tijd hebben om dit voor te bereiden. Gebruik bijvoorbeeld dit recept.

Filosoferen 
Nodig: kaart van de woestijnreis.
Bekijk samen een kaart van de reis door de woestijn. Je ziet dat het volk een grote omweg heeft gemaakt.
Praat met elkaar over de volgende stellingen:

• De Heere had het volk van Israël beter de korte weg naar Kanaän kunnen laten volgen.
• Als ik (net als het volk Israël) van het manna zou gegeten, zou ik iedere dag bijzonder dankbaar zijn voor het brood uit de hemel.

Kijktafel
Nodig: dienblad, zand, papier, droge rijst of piepschuimbolletjes. Eventueel: speelgoedpoppetjes, draad en watten.

Neem een dienblad en strooi hier een laagje zand in. Knutsel samen een (of meerdere) tent: vouw een gekleurd vel papier dubbel voor een eenvoudige tent, of gebruik bijvoorbeeld deze bouwplaat.
Strooi wat piepschuimbolletjes of droge rijstkorrels rond de tent, als manna. Zet er eventueel een paar speelgoedpoppetjes bij.

Uitgebreid: maak de wolkkolom, door een pluk watten aan een draad boven de kijktafel te hangen.
Zet de tekst uit Exodus 16: 4a op de kijktafel en herhaal deze iedere dag.

Muziek  
Variant 1
Nodig: Verzamel pannendeksels, pollepels, potje met droge erwten of rijst etc.

Beeldt hiermee typerende geluiden van het oude huis uit, en vervolgens van het nieuwe huis. Maak dit samen tot een mooi ‘muziekstuk’, wat je opneemt. Zijn het geluiden die je gaat missen, of juist niet?

Variant 2
Zing psalm 105: 22. De eerste zin is: ‘Zij werden daag’lijks begenadigd,’. Maak het na deze zin verder tot een persoonlijk lied van dank. Richt hierbij op Gods dagelijkse zorg in jullie ‘oude huis’.

Suggesties om te zingen:

• Op bergen en in dalen
• Ik kijk omhoog
• Psalm 146: 3
• Psalm 91: 1
• Psalm 27: 7
• Psalm 105: 22

Bijbeltekst(en) memoriseren

Kies één van onderstaande Bijbelteksten en zet deze op een centrale plek, het liefst met ondersteunende spullen. Spreek dagelijks met elkaar de tekst hardop uit. Leg moeilijke woorden eventueel uit, en herhaal deze uitleg totdat de kinderen zelf aangeven dat ze de betekenis kennen.

• Exodus 33:14-15
• Exodus 13:21
• Exodus 16:4a