“En nu hak ik Goliaths kop eraf!” Tot je schrik hoor je dat je lieve kleuter roepen terwijl hij enthousiast zwaait met een zwaard en pogingen doet om het hoofd van een pop eraf te slaan. Wat doe je dan?
a. Je grijpt meteen in en neemt hem het zwaard voor de komende dagen af.
b. Je besluit om dergelijke passages voortaan weg te laten als je voorleest uit de (kinder)Bijbel.
c. … of tja, wat eigenlijk? Zijn er nog meer opties?
Deze vraag leg ik voor aan mijn buurvrouw en vriendin Marion Weerman die orthopedagoog is. Zij kan mij vertellen dat het naspelen van verhalen een vorm van verwerking is voor een kind. En absoluut geen latente vorm van gewelddadig gedrag. Je kind wordt er dus niet agressief van als hij naspeelt hoe Kaïn zijn broer doodslaat. Voor een kind is het ook helemaal geen vorm van agressie, maar puur verwerking van het verhaal dat hij gehoord heeft.
Als je je kind hiervoor bestraft en het spel aan banden legt, maak je het veel groter dan het is. Je koppelt jouw associaties en emoties aan het spel van je kind en veroordeelt je kind op basis daarvan. Maar een kind heeft die associaties die jij hebt bij dood en geweld meestal nog helemaal niet.
Ik moet denken aan mijn dochter van twee die mij wijst op een dood vogeltje en zonder enige emotie zegt: ‘hij doet het niet meer hè mam?’. Zij was op dat moment geen gevoelloos monstertje, maar had nog geen ervaringen opgedaan met het fenomeen dood. Zij kon aan het begrip dood nog niet de associaties koppelen die ik erbij heb. En daarom kon ze er nuchter naar kijken. Op diezelfde manier kan een kind dus gewelddadige verhalen naspelen zonder dat dit voor hem een vorm van agressie is.
De verwerking door het naspelen is juist goed voor je kind. Het geeft aan dat je kind ermee bezig is. Daar kun je op inhaken en het gesprek erover aangaan. Speelt je kind regelmatig dat hij iemand doodmaakt dan is hij waarschijnlijk aan het verkennen wat het begrip ‘dood’ inhoudt. Als je er met hem over in gesprek gaat kun je op zijn niveau proberen uit te leggen wat het betekent als iemand sterft en waarom mensen daar verdrietig van worden. Op die manier groeit je kind in zijn begrip.
Als je het spel zou afkappen en afkeuren maak je het onbespreekbaar. En je kind kan niet goed begrijpen waarom het niet mag. Jij hebt de regie in dat geval. Als je een kind wel de ruimte geeft om te verwerken door spel en gesprek houdt het kind zelf de regie. Het leert er zelf mee omgaan en dat geeft zelfvertrouwen. Pas als een kind obsessief blijft hangen in een bepaald spel is dat een signaal dat de verwerking niet lukt en is meer begeleiding nodig.
‘Staat dat er echt?’
De Bijbel is een realistisch boek en dat is niet altijd makkelijk. Mensen sterven, doen elkaar verdriet, haten, vechten en moorden. Het lijkt de krant wel. En die laat je je kind ook nog niet lezen. Daarom kiezen veel kinderbijbels ervoor om alleen de mooie geschiedenissen te vertellen. Het verhaal van Ananias en Safira of de profetieën van Nahum zul je in de meeste kinderbijbels niet tegenkomen. Of ze belichten alleen de lieve kant van het verhaal (bijvoorbeeld de schattige dieren die naar de ark huppelen, het lot van de andere aardbewoners wordt buiten beschouwing gelaten). De illustraties doen hier vaak aan mee, door hun blije kleurtjes en lachende gezichten.
Ik denk dat we onze kinderen tekort doen als we al deze verhalen weglaten of bewaren tot later. Ze geven namelijk een compleet beeld van de geschiedenis van God met mensen. Als kinderen later ontdekken dat ze maar een deel van het verhaal hebben meegekregen voelen ze zich misschien bedrogen en verliezen ze juist hun vertrouwen in de oprechtheid van jouw geloofsopvoeding.
Neem als voorbeeld de profetieën uit het boekje Nahum. Als je die sec leest schrik je je een hoedje. Dan is het goed om de context te begrijpen. Nahum profeteerde tegen het volk Assyrië dat toen op een verschrikkelijke manier huishield in de landen rondom. Hun wandaden kun je vergelijken met die van Hitler of IS. En ze waren oppermachtig, er was niemand die hen kon overwinnen. Als je dat weet, lees je de teksten van Nahum toch heel anders. Kinderen die regelmatig het jeugdjournaal kijken en beginnen te begrijpen wat een verschrikkelijke dingen mensen elkaar in oorlogen aandoen, kun je deze context uitleggen.
Of denk eens aan het bekende verhaal over de ark van Noach. In het prentenboek ‘De rode draad van Gods liefde’ hebben we er bewust voor gekozen om het zwarte van de slechtheid en het zwarte van Gods toorn te laten zien in de illustratie. Dat kan omdat het een prentenboek is dat in twaalf prenten het hele verhaal van Gods liefde voor mensen laat zien. Je begint bij God die de wereld uit liefde maakte en wilde dat de mensen zijn liefde aan elkaar zouden doorgeven. Als mensen dat niet doen wordt God boos en gaat Hij de wereld schoonmaken. Is zijn liefde dan opgehouden? Nee, kijk… in het geweld van al het zwart zie je Gods liefde terug in de redding van de ark! God maakt een nieuw begin!
Zo zijn de gewelddadige geschiedenissen steeds weer een keerzijde van de redding, een keerzijde van Gods liefde voor mensen. Het doel van deze verhalen is juist hoop en uitzicht. Daarom is het belangrijk om niet alleen het verhaal te vertellen, maar de boodschap die door het verhaal heen klinkt!
Wil je meer lezen over Gods toorn en straffen in het Oude Testament dan is dit een waardevol boek: Wie is als Gij? – dr. H.G.L. Peels
'Zijn die verhalen niet schadelijk voor mijn kind?'
Je slaat de Bijbel open en ziet tot je schrik dat jullie zijn aanbeland bij het verhaal van Ananias en Safira. Met angst in je hart begin je te lezen en af en toe kijk je stiekem naar je dochter. Huilt ze? Staan haar ogen groot van afschuw? Maar als het verhaal uit is komt er niks meer dan ‘zielig hoor, voor die mensen’ en huppelend gaat ze van tafel…
Gevoelsmatig is het vertellen van gewelddadige geschiedenissen uit de Bijbel een aanslag op de tere ziel van je kind. Maar is het daadwerkelijk schadelijk voor je kind? Worden ze er agressief van? Met deze vragen klop ik aan bij een bevriende orthopedagoog. Zover wij weten is er geen onderzoek gedaan naar schadelijke effecten van bijbelverhalen op kinderen. Maar zij vertelt mij wel over diverse onderzoeken naar de invloed van het zien van gewelddadige beelden op TV en in games op kinderen [1].
Uit dit onderzoek blijkt dat het kijken naar gewelddadige beelden niet per definitie een negatieve invloed heeft op het gedrag van kinderen. Slechts een klein deel van de kinderen wordt negatief beïnvloed door dit soort beelden. Dit heeft te maken met negatieve ervaringen die het kind in zijn leven heeft opgedaan, met de invloed van de omgeving (de opvoeding), met de eigenheid van het kind (sommige kinderen zijn hier in aanleg gevoeliger voor) en met de leeftijd (kinderen onder de 7 jaar zijn er gevoeliger voor).
Voor kinderen is het horen over geweld vaak veel minder schokkend dan voor ons volwassenen. Dit komt omdat zij minder associaties en ervaringen met geweld hebben. Zij kijken er dus objectiever en gevoellozer naar. Mijn zoon kan al lachend een klappertjespistool op mij richten en doen alsof hij me doodschiet. Hij heeft daar geen associaties van haat of geweld bij. Hoe stoer hij ook doet.
Wij vinden verhalen over geweld moeilijk en dat is logisch. Want wij hebben het leed van anderen gezien en kunnen ons inleven in hun emoties. En we hebben zelf het nodige verdriet meegemaakt. Sinds ik zelf kinderen heb kan ik niet met droge ogen kijken naar een film waarin een kind sterft. Dat raakt mij nu zo enorm omdat ik de beelden koppel aan de ervaring van liefde voor mijn eigen kinderen. Nu pas weet ik hoe het voelt om bang te zijn om je kind te verliezen. Maar een kind dat nooit verlies heeft meegemaakt kan zich (gelukkig!) niet zo inleven als ik.
Dit artikel is tot stand gekomen in samenwerking met Marion Weerman, orthopedagoog.
[1] Schermgaande jeugd – Patti Valkenberg